Of Couperus er zelf ooit is geweest is niet bekend, maar wie zal betwisten dat het Haagse Hotel des Indes de plek bij uitnemendheid is om elkaar als donateur van het Louis Couperus Genootschap te ontmoeten? Op een bijna lenteachtige zondagmiddag van januari trakteerde Marcel Janssens ons in de sfeervolle balzaal van het hotel op een lezing over ‘Omineuze openingsbladzijden bij Couperus, Streuvels en Timmermans’.
De belangstelling was deze keer zó groot dat we helaas enkele geïnteresseerden moesten teleurstellen. Voor hen en natuurlijk voor degenen die het een en ander nog eens willen nalezen, hebben we een gedeelte van de lezing in dit nummer afgedrukt.
We openen deze nieuwe Arabesken met een essay van Karin Peterson, die verleden jaar afscheid nam als voorzitter van het Louis Couperus Genootschap. Zij onderzocht in hoeverre en in welk opzicht Louis Couperus zich heeft laten beïnvloeden door de grote humanist en schrijver Francesco Petrarca. Verder besteden we aandacht aan onder andere de stamboom van Couperus en de belangstelling van de Engelssprekende wereld voor het werk van Couperus.
Ook treft u dit nummer de eerste aflevering aan van een nieuwe serie onder de titel ‘Het favoriete fragment van…’. Verschillende auteurs zullen in ons tijdschrift hun licht laten schijnen over een passage in het werk van Couperus, die om wat voor reden dan ook een diepe indruk heeft achtergelaten. Piet Kralt bijt het spits af en maakt u deelgenoot van zijn enthousiasme voor de eerste bladzijden van De komedianten.